Bijdrage Friese Aanpak Ganzen

Dank u wel, voorzitter.

De Partij voor de Dieren streeft er naar de oorzaken van problemen aan te pakken. Dat doet deze verordening niet. Deze verordening is symptoombestrijding. Dat gold al voor de oude verordening en dat geldt ook voor de nieuwe.

De aanpassingen die nu worden voorgesteld hebben weinig te maken met de oplossing van het ganzenprobleem maar zijn gewoon een vrijbrief voor nog meer jacht. En daarvan weten we dat het uit een oogpunt van probleemoplossing zinloos is. Sterker, de schade wordt er vrijwel zeker alleen maar groter van. Het wegschieten van ganzen prikkelt de voortplantingsdrang van de niet-geschoten ganzen, en dus schieten we met al dat geschiet niets op.

Bovendien zorgt het ook nog eens voor heel veel dierenleed. Jagers schieten zelden in één keer raak. En als ze al raak schieten is het schot vaker niet dan wel meteen dodelijk. Uit onderzoek blijkt dat 40% van de levende ganzen met hagel in het lijf rondscharrelt. Deze ganzen hebben een probleem en kunnen door hun verwondingen slecht vliegen. Deze vleugellamme ganzen die 's zomers allang hadden weg moeten trekken uit Fryslân kunnen dat niet en dus blijven ze hier in de weilanden.

Precies waar u ze niet wilde hebben. Opgejaagde ganzen verbruiken veel energie en dat moet weer worden aangevuld. Met voedzaam gras.

Wij noemen dit, voorzitter, dweilen met de kraan open.

Mijn fractie zou graag zien dat dit nieuwe college haar ambities hoger stelt en een begin maakt met het zoeken naar een werkelijke oplossing van het ganzenprobleem. Wij stellen voor dat het college een hoorzitting organiseert om vanuit een natuurinclusief uitgangspunt te onderzoeken welke alternatieven er zijn voor het prikken van eieren en het schieten of vergassen van ganzen. Mijn fractie is ten volle bereid om hand- en spandiensten te verlenen bij de organisatie ervan.

Graag uw reactie op dit voorstel.

Een ding staat vast. Het zoeken naar alternatieven lukt alleen wanneer de agrarische ondernemers daaraan meewerken. In de recente ganzennotitie concludeerde GS zelf al dat er weliswaar alternatieven zijn, maar dat daarvoor onder agrarische ondernemers vooralsnog geen draagvlak is. Maar draagvlak kun je sturen, onder andere via kennis van de mogelijkheden.

Wij dienen daarom een motie in waarmee dat draagvlak kan worden bevorderd.

Rinie van der Zanden, vergadering Provinciale Staten 24 juni 2015

- de motie is hier te vinden -