Inbreng bij beleids­no­titie Gastvrij Fryslân 2028


17 april 2020

Dank u wel voorzitter,

De coronacrisis plaatst ook onze Friese recreatie- en toerismeondernemers voor een grote uitdaging. Wij leven met hen mee en ondersteunen provinciale maatregelen die hen ondersteunen bij het vinden van hun weg in deze moeilijke tijd.

De beleidsnota kijkt ver vooruit en plaatst een duidelijke groene stip aan de horizon. De Partij voor de Dieren juicht dit toe. De focus is gericht op een duurzame groei met kansen op het vlak van circulaire economie, duurzame ontwikkelingen zoals elektrisch varen, lokaal duurzaam voedsel en een lage footprint. Het College van GS spreekt van slimme groei die aansluit bij de drie pijlers People, Planet en Profit. Het klinkt allemaal heel mooi op papier. We zijn heel benieuwd hoe deze uitgangspunten de komende jaren in de praktijk zichtbaar zullen worden. We zullen dan ook met grote belangstelling het Uitvoeringsprogramma volgen.

Het College van GS spreekt ook over een versterking van het Friese natuur- en cultuurerfgoed. Maar het gaat natuurlijk niet alleen om natuurerfgoed, maar om alle natuur, de natuurgebieden en de kwaliteit daarvan. Tijdens de commissievergadering werd door mevrouw Ellens van Hiswa-Recron gesteld: “De natuur is ons visitekaartje en ontzettend belangrijk voor onze ondernemers”. En zij willen, zo gaf zij aan samen met de natuurorganisaties bekijken hoe zij elkaar kunnen versterken.

Naar aanleiding van deze uitspraken heb ik een vraag aan de gedeputeerde: Ik heb in de beleidsnota niet kunnen lezen dat ook de drie natuurorganisaties betrokken zijn geweest bij het opstellen van deze beleidsnota. Klopt dat? En waarom zijn ze er niet bij betrokken?

Het is mogelijk dààrom dat voor ons onduidelijk is gebleven hoe recreatie en toerisme de komende jaren zal bijdragen aan de kwaliteit en omvang van onze natuur. Dat de recreant en toerist profijt hebben van de natuur is duidelijk, maar is het ook andersom? Heeft de natuur ook profijt van de toerist? Of misschien toch meer en vooral de overlast, zoals van het wegwerpvuil, het verstoren van nesten, loslopende honden die de jonge reeën de stuipen op het lijf jagen met daardoor het risico dat deze dieren de openbare weg op schieten?

Kunt u toelichten langs welke wegen u zou willen realiseren dat ook de natuur profijt heeft van de dagrecreant en toerist? Te denken valt daarbij aan een natuurherstelfonds of aan gebiedsarrangementen, mede gedragen door de toeristische bedrijven? Graag een reactie hierop van de gedeputeerde.

Voor ons is het belangrijk dat het vervoer, het verblijf en het vermaak van de vrijetijdssector binnen de sociale en ecologische draagkracht zal blijven van een locatie of gebied. Als wij de verwachte ontwikkelingen binnen Fryslân hieraan toetsen, maken wij ons toch wel zorgen over de toenemende recreatiedruk in onze Friese flora en fauna.

Uit het contact dat wij afgelopen week nog hadden met It Fryske Gea, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer hebben wij vernomen dat deze organisaties nu sowieso al onvoldoende BOA-capaciteit hebben om hun toezichthoudende rol goed te kunnen vervullen. In een aantal andere provincies in Nederland wordt binnen de Subsidie Natuur en Landschap (SNL) een toezichtbijdrage toegepast van €17,39 per ha. Maar de provincie Fryslân heeft daar niet voor gekozen, omdat er dan elders in het natuurbudget weer gaten vallen met tot gevolg een verschuiven van de problemen. Op zich begrijpelijk, maar dit betekent wel dat de drie Friese natuurorganisaties hun functie van gastheer/-vrouw die de bezoekers van de terreinen vriendelijk van informatie voorzien en daarbij tevens wijzen op de gedragsregels, feitelijk niet naar behoren kunnen uitvoeren. Die functie lijkt ons in het kader van het grote genieten door toeristen en recreanten een belangrijke, met indien nodig ook die toezicht- en handhavende BOA-rol. Deze rol, die naar helaas gebleken is steeds vaker ingezet moet worden, moeten zij nu volledig binnen hun eigen budget realiseren. Budget dat bestemd is voor het natuurbeheer.

Bij verwachte toenemende recreatie en toerisme in Fryslân, zoals wij met zijn allen wensen en ook duidelijk weergegeven staat in deze beleidsnota, wordt de druk op de nu al geringe BOA-capaciteit echter alsmaar groter.

Is de gedeputeerde met ons van mening dat slimme groei in dit geval ook betekent dat de voorlichtende gastheer/-vrouwrol, met de daaraan gekoppelde toezicht en handhaving, versterkt zal moeten worden? En dat er samen met de natuurorganisaties en de toeristische sector eens serieus gekeken moet worden naar dit knelpunt?

    Kunt u hierover een toezegging doen?

    Wij staan voor:

    Interessant voor jou

    Inbreng bij motie laagvliegen van FNP

    Lees verder

    Inbreng bij motie voorlopig geen 5G

    Lees verder