Maiden­speech Statenlid Menno Brouwer


11 november 2020

Dank u voorzitter,

Het is me het dagje wel. Vanmorgen geïnstalleerd en nu ben ik al toe aan mijn maidenspeech, mijn eerste inhoudelijke inbreng in een vergadering van Provinciale Staten van Fryslân. Gelukkig is de entourage niet geheel nieuw voor mij. Als commissielid hebben jullie me af en toe tijdens commissievergaderingen, expertmeetings en informatiebijeenkomsten gezien. Zelfs heb ik al mogen aanschuiven bij de vergaderingen van het Presidium, nog voordat ik officieel geïnstalleerd ben. Ik voel me dan ook erg welkom bij de Staten en het geeft mij de ondersteuning om zo snel mogelijk ingewerkt te raken in de materie. Dat moet ook snel, want ik heb inmiddels al veel vraagstukken langs zien komen die op de korte termijn op de agenda van de Staten komen. De startnotitie landbouw, het veenweideprogramma, de stikstofproblematiek, de natuuropgave en de regionale energiestrategie zijn enkele in het oog springende dossiers waarin ook onze fractie haar opvattingen naar buiten wil brengen en de discussie met de collega’s in de Staten wil aangaan.

Ik ben in 2014 lid van de PvdD geworden en sinds 2015 actief in de Statenfractie als penningmeester van de ondersteunende stichting. Ik ben lid geworden van deze partij op grond van haar planeetbrede visie, in combinatie met de focus op het gebied van het dierenwelzijn. Wat betreft deze thematiek is er naar mijn mening letterlijk nog een wereld te winnen. Als lid van Provinciale Staten zal ik proberen daar op mijn manier een steentje aan bij te dragen.

De commissie Remkes heeft in juni jongstleden haar eindadvies over de stikstofproblematiek aan het Kabinet uitgebracht. Kort gezegd komt dat advies neer op “Niet alles kan overal”. Of we het nu willen of niet, de staat van de natuur en het milieu wordt, of sterker: is al, de belangrijkste randvoorwaarde voor de ruimte voor economische ontwikkeling. De consumptiebehoefte van de huidige generatie is de grens van wat onze planeet aankan ruimschoots aan het overschrijden. Indicator daarvoor is onder andere de earth overshoot day, het break-even point waarna wordt ingeteerd op de aanwezige voorraad grond- en hulp-stoffen. Dit break even point wordt jaarlijks steeds eerder in het jaar bereikt. Wereldwijd was in 2019 de earth overshoot day ergens begin augustus, in de westerse wereld is dat in sommige gevallen – waaronder Nederland - al eind april het geval.

We zullen dus duidelijker moeten kiezen, maar dat past heel goed in het Coalitie-akkoord van de huidige bestuursperiode. Het coalitie-akkoord opent met geluk op 1 met een focus op een brede welvaartsontwikkeling dat meer is dan alleen de groei van het Bruto Nationaal Product. Thema’s als bijvoorbeeld schone lucht, groen in de omgeving, leefbaarheid, en het culturele klimaat worden naast de traditionele indicatoren als economische groei en werkgelegenheid meegewogen.

De vertaling van het voorgaande makend naar programma 3 (Omgeving), mis ik een prominentere plek van het programma Natuur en Landschap. Ik mis een focus op de veranderende positie van Natuur & Milieu als majeure economische factor. Ik herhaal dat de staat van Natuur & Milieu meer en meer bepalend wordt voor wat er allemaal kan op sociaal-economisch en maatschappelijk terrein. Meer investeringen in de natuuropgave dient niet alleen een groen belang maar ook een economisch belang, willen we in de toekomst nog wat ontwikkelingsruimte hebben op het gebied van de Economie.

Het is in ieders belang dat er zo snel mogelijk een herziene visie komt op het gebied van het provinciaal grondbeleid met betrekking tot de natuuropgave. Om een effectief grondbeleid te kunnen voeren, pleiten wij ervoor om op korte termijn de kaders van dat grondbeleid aan PS voor te leggen. Wat ons betreft zijn daarin de realisatie van de grondbank en de invoering van het onteigeningsinstrument essentiële onderdelen.

Voorzitter, in de beeldvormende commissievergadering heeft gedeputeerde De Rouwe het belang van zorgvuldigheid benadrukt bij het vraagstuk van de grondverwerving van natuurgrond, waarbij onteigening als laatste instrument kan worden ingezet nadat alle pogingen tot minnelijke overeenstemming zijn gestrand. Daar zijn wij het in principe mee eens, maar wel onder de voorwaarde dat naast zorgvuldigheid ook voortvarendheid in het verwervingsproces wordt nagestreefd. Van de ambtelijke dienst hebben we begrepen dat er in het najaar van 2021 een soort van strategische nota Natuur is gepland. Dat is mooi, maar gezien de urgentie zou sneller nog mooier zijn. We hebben een motie over dit punt overwogen, maar met een eventuele toezegging van de gedeputeerde deze strategische grondbeleidnota naar voren te halen, bijvoorbeeld uiterlijk in april of mei van het volgende jaar zouden wij goed kunnen leven. Graag een reactie van de gedeputeerde.

Dank u, voorzitter

Interessant voor jou

Afscheidsspeech Statenlid Rinie van der Zanden

Lees verder

Inbreng bij veenweide impulsgelden en bedrijfsvoering

Lees verder