Vragen over natuurcompensatie Polderhoofdkanaal
Indiendatum: aug. 2017
Bij de aanpassing van het Polderhoofdkanaal (PHK) heeft natuurcompensatie plaatsgevonden. Daarover hebben wij de volgende vragen.
- Zijn daadwerkelijk evenveel hectares water en kilometers oever gecompenseerd als oorspronkelijk de bedoeling was? Zo nee, waarom niet en wanneer vind deze compensatie alsnog plaats?
- Waarom is 3,2 ha bij de Kraanlannen wel meegerekend als compensatiegebied, maar is dit niet daadwerkelijk ingericht als compensatie?
- Welke ecologische gevolgen heeft dit?
- Welke discrepanties bestaan er tussen de geplande en daadwerkelijk aangelegde bypasses?
- Waarom is dit het geval?
- Welke ecologische gevolgen heeft dit?
- Zijn werkzaamheden uitgevoerd (al dan niet op een particulier perceel) zonder de daarvoor benodigde vergunningen? Zo ja, welke werkzaamheden en waarom?
- Is het juist, dat de werkzaamheden in één van de compensatiegebieden tot dusverre niet zijn afgerond? Indien ja: Waarom niet, en wat zijn er de consequenties ervan?
- Wanneer zullen deze uiterlijk afgerond zijn?
Geachte mevrouw Van der Zanden en heer Nicolai,
Uw schriftelijke vragen op grond van artikel 41 van het Reglement van Orde, binnengekomen op 13 november 2018, beantwoorden wij als volgt.
Uw toelichting:
In verband met de actualiteit verzoeken ondergetekende partijen GS vriendelijk voor de Statenvergadering op 28 november te reageren. De rechtbank in Noord-Nederland heeft op 18 oktober 2018 geoordeeld dat de gemeente Opsterland dwingende voorschriften van de staatssecretaris voor natuurcompensatie rond het Polderhoofdkanaal niet heeft uitgevoerd op minstens zes punten. Het totaal aan voorschriften was een strikte voorwaarde om een ontheffing te krijgen voor het openstellen van het Polderhoofdkanaal voor recreatiescheepvaart. De rechtbank concludeert dat er dus sprake is van overtredingen van deze ontheffing. De provincie Fryslân kon hiertegen handhavend optreden, maar heeft hiervan afgezien, ondanks het feit dat de overtredingen meerdere ma/en zijn aangekaart door onder meer mevr. J. Hoomans. De rechtbank heeft vastgesteld dat dat besluit van de provincie onterecht is en dat de provincie wel degelijk moet handhaven.
Vraag 1: Klopt het dat in oktober 2018 nog steeds niet alle voorgeschreven maatregelen zijn uitgevoerd voor natuurcompensatie die nodig is om het Polderhoofdkanaal te mogen bevaren?
Antwoord vraag 1: Nee. Aangaande de uitvoering van de in de ontheffing voorgeschreven maatregelen zijn wij van mening dat de benodigde natuurcompensatie is gerealiseerd en dat de uitgevoerde maatregelen in voldoende mate en conform de voor het project verleende ontheffing zijn uitgevoerd. Wij achten van belang u ter overweging mee te geven, dat er voor ons geen onduidelijkheid over de inhoud van de ontheffing bestaat en dat de maatregelen zijn voorgeschreven om ervoor te zorgen dat de gunstige staat van instandhouding van de doelsoorten niet in gevaar kunnen komen. Op basis van de onafhankelijke monitoringsgegevens van de afgelopen jaren zien wij een positieve trend waarbij de natuurwaarden ten behoeve van de doelsoorten zich herstellen. En deze trend is positiever dan voor aanvang van het project werd verwacht.
Vraag 2: Zo ja, hoe kan het dat de provincie en de gemeente de natuurcompensatie wel voldoende vonden? Was er onduidelijkheid over de door de staatssecretaris voorgeschreven maatregelen?
Antwoord vraag 2: Zie antwoord bij vraag 1
Vraag 3: Om welke reden zijn de door de rechtbank vastgestelde gebreken in de natuurcompensatie niet uitgevoerd?
Antwoord vraag 3: Bij projecten van deze omvang is het niet ongebruikelijk dat niet elk onderdeel precies conform de oorspronkelijke plan nen wordt uitgevoerd. Dit is nu eenmaal de papieren werkelijkheid versus de weerbarstige praktijk. Over de (juridische) consequenties zal de Raad van State zich uitlaten. In dit kader is mede van belang te benoemen dat er naast een kwantitatieve opgave, ook een kwalitatieve opgave is. Dit zijn communicerende vaten. Bij vraag 1 hebben we kort toegelicht, dat het doel van de voorschriften van de ontheffing een duurzame instandhouding van de doelsoorten is. Uit de verplichte monitoring volgt dat de duurzame instandhouding van soorten verzekerd is en dat de verwachte achteruitgang van de natuur in het Polderhoofdkanaal zich op een hoger niveau stabiliseert dan voor aanvang van het project de verwachting was.
Vraag 4: Waarom is 3,2 ha bij de Kraanlannen wel meegerekend als compensatiegebied, maar is dit niet daadwerkelijk ingericht als compensatie?
Antwoord vraag 4: Deze stelling is niet juist. In de Kraanlannen zijn, binnen het plangebied waarvoor de ontheffing geldt en conform de ontheffing, de bestaande watergangen verbreed en is er nieuwe natuur gerealiseerd. Uit de ter zake uitgebrachte evaluatie blijkt dat in dit gebied in totaal 5.1 ha water is gerealiseerd, en daarnaast 3,4 ha nieuwe landnatuur.
Vraag 5: Welke ecologische gevolgen heeft dit?
Antwoord vraag 5: Zie de antwoorden bij vraag 3 en 4.
Vraag 6: Is de provincie van plan met betrekking tot de gemaakte fouten van de gemeente Opsterland in de natuurcompensatie alsnog te handhaven? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?
Antwoord vraag 6: Naar ons oordeel is er geen sprake van een situatie waarbij zodanige overtredingen of fouten gemaakt zijn die tot handhaving moeten leiden. De punten waarop de uitvoering afwijkt van het oorspronkelijke plan zijn qua omvang en ernst ondergeschikt en staan naar ons oordeel niet in verhouding tot de nadelen die met handhaving gemoeid zijn. Deze nadelen bestaan ook uit ecologische nadelen en financiële nadelen. lmmers, bij handhaving zouden de beschermde diersoorten wederom verstoord worden. Dat is in dit geval niet evenredig en wenselijk, omdat de staat van instandhouding van de beschermde diersoorten zich gunstig ontwikkeld. Wij zijn van mening dat er niet gehandhaafd dient te worden en we zullen de uitspraak van de Raad van State in dit kader afwachten.
Vraag 7: Klopt het dat de provincie in hoger beroep gaat tegen de uitspraak van de rechtbank? Zo ja, waarom wil de provincie niet handhaven op de maatregelen waarvan zowel de staatssecretaris als de rechtbank hebben aangegeven dat deze uitgevoerd moeten worden om van de vergunning gebruik te mogen maken?
Antwoord vraag 7: Wij gaan inderdaad in hoger beroep aangezien wij van oordeel zijn dat de uitspraak in eerste aanleg op bepaalde punten op een juridische misslag berust. Bovendien zou het opnieuw ingrijpen in het plangebied onevenredig zijn, zowel voor wat betreft het belang om niet wederom beschermde diersoorten te verstoren als voor wat betreft de financiële gevolgen.
Vraag 8: Ons bereiken berichten over werkzaamheden op een perceel binnen de EHS dat "natuur" als bestemming zou moeten hebben en waar diverse beschermde soorten aanwezig zijn, maar waarvan de bestemming inmiddels zodanig is gewijzigd dat hier een recreatiewoning mogelijk is. Worden en/of zijn werkzaamheden uitgevoerd (al dan niet op een particulier perceel) zonder de daarvoor benodigde vergunningen en/of ontheffingen? Zo ja, welke werkzaamheden en waarom?
Antwoord vraag 8: Nee, voor de maatregelen welke uitgevoerd zijn in het kader van de natuurcompensatie zijn de benodigde ontheffingen en vergunningen verleend. Er zijn binnen het project geen maatregelen uitgevoerd zonder de vereiste ontheffingen en of vergunningen.
De berichten over werkzaamheden aan een recreatiewoning behelzen onderhoudswerkzaamheden aan bestaande bebouwing. Deze werkzaamheden staan los van de natuurcompensatie in het kader van de openstelling van het Polderhoofdkanaal. De onderhoudswerkzaamheden waren kleinschalig en zeer tijdelijk (enkele dagen) van aard en zijn overdag en buiten het broedseizoen uitgevoerd, zodat geen verstoring van beschermde soorten optrad en geen vaste rust- of voortplantingsplaatsen beschadigd of vernietigd zijn. Ontheffing voor deze werkzaamheden was om bovenstaande redenen niet aan de orde.
Vraag 9: Acht u het wenselijk dat binnen de EHS dergelijke bestemmingswijzigingen plaatsvinden? Zo ja, dan ontvangen wij graag een toelichting op uw antwoord. Zo nee, wat gaat u hier binnen welke termijn aan doen?
Antwoord vraag 9: Het beheer van de EHS vindt plaats binnen de vastgestelde kaders van de verordening Romte en het Natuurbeheerplan. Dat is het toetsingskader. In het kader van het PHK project heeft de gemeenteraad van Opsterland de bestemmingen van de nieuw aangelegde eerste en tweede bypass in het natuurcompensatiegebied Alddjip gewijzigd naar natuur' binnen de bestemmingsplanprocedure "bestemmingsplan Buitengebied". En dat past binnen de EHS.
Gedeputeerde Staten van Fryslân
Interessant voor jou
Vervolgvragen Schilkampen
Lees verdervragen over bescherming dieren bij festivals Groene Ster
Lees verder